Inleiding Voor zowel particulieren als bedrijven is toegang tot het girale betalingsverkeer van vitaal belang. Particulieren ontvangen het merendeel van hun inkomsten, zoals loon of uitkering, per giro. Grote en tegenwoordig ook kleine uitgaven worden langs girale weg gedaan. Voor bedrijven geldt hetzelfde: betalingen van en naar de bedrijven vinden plaats langs de girale weg. Kortom: voor deelname aan het maatschappelijk economisch verkeer is een bankrekening onmisbaar. Om toegang te krijgen tot het girale betalingsverkeer, dient de particulier of het bedrijf een overeenkomst te sluiten met de verlener van de betaaldiensten: de bank. Kenmerkend aan deze overeenkomst is dat de contractsvrijheid voor banken niet onbegrensd is. De contractsvrijheid wordt enerzijds beperkt door de op de bank rustende plicht om het witwassen van geld en de financiering van terrorisme tegen te gaan, om (onder omstandigheden) tegoeden te bevriezen en om de integriteit van het financiële stelsel te waarborgen. Anderzijds is de bank op grond van haar zorgplicht onder omstandigheden verplicht een contractuele relatie met potentiële cliënten aan te gaan. De integriteit van het betalingsverkeer Op grond van artikel 2b van de Wet ter voorkoming van witwassen en financiering terrorisme (Wwft) neemt de bank maatregelen om risico’s op witwassen en het financieren van terrorisme vast te stellen en te beoordelen. Daarbij wordt rekening gehouden met: het type cliënt, het type product of dienst en het type transactie. Daarnaast is de bank op grond van de Sanctiewet gehouden tegoeden te bevriezen van personen of organisaties die op de sanctielijst staan. Tot slot is de bank op grond van (artikel 3:10 van) de Wet op het financieel toezicht (Wft) verplicht om een adequaat beleid te voeren dat een integere uitoefening van haar bedrijf waarborgt. Hieronder wordt verstaan dat “wordt tegengegaan dat wegens haar cliënten het vertrouwen in de financiële onderneming of in de financiële markten kan worden geschaad”. In dit kader is de bank verplicht tot het verrichten van onderzoek naar de identiteit, aard en achtergrond van de cliënt (ook wel “client due diligence” genoemd). Als de bank naar aanleiding hiervan een gedraging of gebeurtenis vaststelt die een bedreiging vormt voor de integere uitoefening van haar bedrijf, dan stelt zij de Nederlandsche Bank daarvan op de hoogte.
Door het toenemende aantal voorschriften met betrekking tot client due diligence zijn de banken terughoudender in het aangaan van een contractuele relatie met cliënten met een verhoogd integriteitsrisico. Voor bedrijven die werkzaam zijn in bepaalde sectoren, zoals de cannabisindustrie, zou het hierdoor moelijker kunnen worden om een bankrekening te openen. De zorgplicht van de bank kan in zo een geval uitkomst bieden.
De zorgplicht
De maatschappelijke spilfunctie van de bank brengt een bijzondere zorgplicht met zich mee ten aanzien van cliënten en ten aanzien van derden. Deze zorgplicht kan de bank er onder omstandigheden toe verplichten een contractuele relatie aan te gaan met personen of bedrijven die zij in eerste instantie heeft geweigerd.
Een uit het oog springend voorbeeld is de uitspraak van de Rechtbank Amsterdam van 29 juni 2021. De Rabobank weigert daar een contractuele relatie aan te gaan met twee aandeelhouders in een coffeeshop. Door deze weigering kunnen de aandeelhouders niet deelnemen aan het maatschappelijk verkeer.
Naar het oordeel van de Rechtbank Amsterdam is de Rabobank in dit geval verplicht een bankrekening te openen. Daartoe overweegt zij dat de Rabobank geen concrete bezwaren heeft opgeworpen tegen het aangaan van de contractuele relatie. Een categorale uitsluiting van bedrijven die actief zijn in deze sector door de bank is niet toegestaan.
Meer weten?
Heeft u vragen over de opzegging of weigering van een bankrekening? Neem dan contact op met één van onze advocaten.
Comments